AFFENPINSHER
AFFENPINSCHER
Het kleine Duitse hondenras wordt beschouwd als een van de oudste hondenrassen. De affenpinschers zijn qua uiterlijk in de loop der jaren niet tot weinig veranderd. Wel is het affenpinscher karakter veranderd van een typische jager, in dit geval een ratten- en muizenvanger, in dat van een echte trouwe viervoeter. Wil jij een affenpinscher kopen? Dan is een stevige fundering aan kennis over dit ras geen overbodige luxe...
KENMERKEN
Oorsprong : Duitsland
Schofthoogte: 25 tot 30 cm
Gewicht: 4 tot 6 kg
Vacht : ruw
Kleuren : zwart met zwarte ondervacht
Karakter
Kenmerkend voor de Affenpinscher zijn het aapachtige hoofd en de vrijpostige gezichtsuitdrukking. Hij is klein, compact en levendig. Affenpinschers gaan goed om met kinderen, en ook met soortgenoten en andere huisdieren kunnen zij goed overweg. Krijg je onbekend bezoek, dan kijkt de Affenpinscher eerst de kat uit de boom. Qua karakter is de Affenpinscher vurig, driftig, fel tegen vreemden, zeer aanhankelijk. Affenpinschers leren redelijk snel commando's. Je moet wel altijd consequent en duidelijk blijven.
Geschiedenis
De Affenpinscher is een zeer oud ras. Het ras werd in de vijftiende en in het begin van de zestiende eeuw verschillende keren door de kunstenaars Jan van Eyck en Albrecht Durer geportretteerd. In het Duitse Stamboek werd in de laatste decennia van de negentiende eeuw onder de naam Affenpinscher een samenvatting gegeven van de kort-, de lang- en de ruwharige Dwergpinscher. Pas in 1896 werd het ras opgedeeld in Affenpinschers en kortharige Dwergpinschers. In de oorspronkelijke rasbeschrijving werd de Affenpinscher beschreven als een kleine duivel vol gif en gal, en daarmee werd bedoeld dat het een kleine duivel was tegen iedereen die hij niet kende. Misschien was dat toen het geval, tegenwoordig is hij beduidend socialer, een goede waakhond en een gezellige hond, die zich sterk aan zijn eigen mensen hecht.
Verzorging
De affenpinscher heeft een beperkte verzorging nodig, maar een wekelijkse kam- en borstelbeurt is wel noodzakelijk. Soms moet de vacht ook eens geplukt worden. Daarnaast moet je opletten voor verdwaalde haren die in de ogen kunnen groeien en vervolgens voor allerlei medische problemen kunnen zorgen. Bij de affenpinscher is het altijd belangrijk om goed op de oogjes te letten. Let er bovendien op dat de vacht van de affenpinscher nooit mag worden kortgeschoren. De stugge vacht groeit zelden echt goed terug en bovendien krijgt de affenpinscher het al snel te koud. Trimmen kan natuurlijk wel. Als baasje is het natuurlijk ook nog jouw opdracht om de oren tijdig te reinigen en de nageltjes bij te knippen. Ook overtollig haar langs de voetzolen moet je sporadisch wegknippen.